Nieuwe spelregels voor de installatietechniek: wat verandert er in 2025?

De installatiebranche is volop in beweging. In de afgelopen jaren werd de sector steeds duurzamer, maar in 2024 vonden er veel veranderingen plaats. Het nieuwe kabinet heeft enkele verrassende keuzes gemaakt die een duidelijke invloed gaan hebben op de toekomst van de branche. Wij zetten alle nieuwe spelregels voor de installatietechniek voor je op een rijtje en leggen je uit wat er verandert in 2025?

De schrapping van de norm voor hybride warmtepompen

Een van de meest besproken onderwerpen in de installatiebranche was het schrappen van de norm voor hybride warmtepompen. Deze norm zou een belangrijke stap zijn geweest richting verduurzaming van woningen, vooral omdat hybride warmtepompen een haalbare en relatief betaalbare oplossing bieden voor veel huishoudens. Het kabinet heeft echter besloten om deze verplichting van tafel te gooien, met als argument dat de investeringskosten voor consumenten te hoog zouden zijn.

Dit betekent dat huishoudens minder financiële druk ervaren om grote investeringen te doen en niet afhankelijk zijn van subsidieprogramma’s. Tegelijkertijd leidt dit besluit tot een aanzienlijke vertraging in de verduurzaming van woningen. Installateurs zien hierdoor een veelbelovende groeimarkt verdwijnen, wat direct invloed heeft op hun omzet. Een hoop bedrijven hebben veel geïnvesteerd in de markt voor warmtepompen. Bovendien blijft Nederland hierdoor achter bij de gestelde klimaatdoelen.

 

Het einde van de salderingsregeling

De salderingsregeling, waarmee eigenaren van zonnepanelen stroom konden terugleveren aan het net tegen een aantrekkelijke vergoeding, wordt definitief afgeschaft in 2027. Dit besluit, waarover lange tijd onzekerheid bestond, heeft nu duidelijkheid gebracht. Het vorige kabinet Rutte had nog voorgesteld om de regeling geleidelijk af te bouwen tot 2031, maar het kabinet van Schoof besloot bij aantreden om deze in één keer af te schaffen.

De salderingsregeling, die sinds 2004 bestaat, werd oorspronkelijk ingevoerd om het plaatsen van zonnepanelen te stimuleren. Met deze regeling konden huishoudens hun terug geleverde stroom wegstrepen tegen hun energiegebruik van het elektriciteitsnet, wat de investering in zonnepanelen aantrekkelijk maakte. De regeling heeft echter ook gezorgd voor een stevige verzwaring van het net, omdat zonnepanelen vooral in de zomer veel terugleveren wanneer de vraag naar stroom laag is.

Met het afschaffen van de regeling zal het terugleveren aan het net de eigenaar van zonnepanelen geld gaan kosten. De vergoeding voor teruggeleverde stroom ligt doorgaans lager dan de reguliere stroomprijs, waarbij leveranciers de hoogte van de vergoeding zelf mogen bepalen, zolang deze ‘redelijk’ blijft volgens wettelijke eisen. Dit heeft directe gevolgen voor de markt van zonnepanelen. De vraag naar nieuwe systemen is al gedaald sinds de aankondiging van de afschaffing. Het verdienmodel verschuift nu naar het zoveel mogelijk zelf consumeren van opgewekte stroom. Thuisbatterijen, die stroomopslag mogelijk maken, worden daardoor steeds aantrekkelijker. Aanbieders spelen hierop in door batterijen aan te bieden in combinatie met dynamische energiecontracten. Toch zijn hier kanttekeningen omdat deze oplossingen niet altijd even duurzaam of betaalbaar zijn.

 

De schrapping van de aangescherpte MPG

De Milieuprestatie Gebouwen (MPG) bepaalt hoe milieuvriendelijk een gebouw moet zijn. Het vorige kabinet had plannen om deze eisen aan te scherpen, maar het kabinet van Schoof heeft dit besluit teruggedraaid. Dit geeft ontwikkelaars de mogelijkheid om gebouwen tegen lagere kosten te bouwen en projecten sneller op te leveren. Echter heeft dit besluit ook nadelige gevolgen. De vraag naar innovatieve, duurzame installaties neemt hierdoor af en het is een gemiste kans om de bouwsector verder te verduurzamen. Deze ontwikkeling kan op de lange termijn leiden tot hogere milieukosten en een vertraagde energietransitie.

 

Discussie over dieselbusjes en mobiliteit

Ook op het gebied van mobiliteit heeft het kabinet de regelgeving versoepeld. Minder strenge eisen rondom dieselbusjes maken het voor bedrijven gemakkelijker om oudere voertuigen te blijven gebruiken. Dit verlaagt de kosten voor bedrijven en vermindert de druk om over te stappen op elektrische bedrijfswagens. Desondanks brengt dit ook nadelige gevolgen met zich mee. De uitstoot van CO2 en fijnstof neemt toe, wat een negatief effect heeft op het milieu. Bovendien leidt de versoepeling tot ongelijkheid tussen bedrijven die al hebben geïnvesteerd in elektrische voertuigen en bedrijven die deze stap nog niet hebben gezet.

 

Wat betekent dit voor de toekomst van de installatietechniek?

De keuzes van het kabinet van Schoof zorgen voor verdeeldheid in de installatiebranche. Aan de ene kant biedt de versoepeling van regelgeving bedrijven meer ruimte om kosten te besparen en flexibel te blijven. Aan de andere kant brengen deze maatregelen vertraging in de verduurzaming en remmen ze de innovatie binnen de sector. Voor installateurs betekent dit dat ze zich opnieuw moeten oriënteren op hun dienstenaanbod. Met minder vraag naar duurzame oplossingen, zoals zonnepanelen en hybride warmtepompen, kunnen zij zich mogelijk richten op andere markten, zoals onderhoud, renovatie of het aanbieden van slimme installaties.

 

Blijf op de hoogte van het laatste nieuws in de installatietechniek en bouw?

 

Wil je altijd op de hoogte zijn van het laatste nieuws in de installatietechniek en duurzame energie? Schrijf je dan in voor de Bouw- en Installatie update en ontvang één keer per maand de meest recente updates over branchenieuws, trends en nieuwe vacatures in jouw regio! Ga naar de Over-ons pagina, schrijf je in en mis nooit meer belangrijk nieuws in jouw branche.